Berichten

Het is 2003. Wie in dat jaar de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt - dan nog 65 - houdt het bijna altijd voor gezien. Vissen, puzzelen en kleinkinderen worden de nieuwe invullingen van de dagen. Maar dat geldt niet voor iedereen. In Limburg zijn er op dat moment net geen 6.000 die ‘gewoon doorgaan’. In 2018 - de AOW-leeftijd is dan 67 - is het aantal werkende Limburgse pensionado’s gestegen tot 16.000. En die groei is er in de jaren daarna niet uit gegaan.

Uit onderzoeken van onder andere Arbeidsmarktinzicht.nl en het CBS blijkt dat het percentage werkende 65-plussers al jaren sterk stijgende is. De toename is vooral het gevolg van de 65-plussers die een ruime deeltijdbaan (meer dan 20 uur per week) of een voltijdsbaan invullen. In 2024 ging het landelijk gezien om 42.000 en 46.000 werkenden. Het aantal 65-plussers met een kleine deeltijdbaan nam veel minder toe. Vooral in creatieve en taalkundige beroepen, agrarische beroepen en in de sector transport en logistiek is een relatief groot aantal 65- tot 75-jarigen aan de slag.

De helft werkt

In 2013 was landelijk gezien 15 procent van de 65-plussers aan het werk. In het tweede kwartaal van 2024 was dat opgelopen tot net geen 50 procent. Vooral het aantal werkenden 65-plussers met een vaste baan groeide: van 5.000 in 2013 naar 70.000 in 2024. Ook het aantal gepensioneerden dat als zelfstandige aan het werk was, nam toe in 2024. Het waren er 30.000.

Er is nog een verschil te zien tussen gepensioneerden die een theoretische of een praktische scholing genoten. De theoretisch geschoolden van 55 jaar of ouder zijn vaker werkzaam dan mensen van dezelfde leeftijd met een praktische opleiding.

1 op de 3 is 55-plus

Geen provincie in Nederland waar de werkzame beroepsbevolking zo sterk vergrijsd is als in Limburg. In 2023 was bijna 1 op de 3 werkenden 55 jaar of ouder. Tien jaar eerder was dat nog maar 1 op de 5. Ook in de provincies Zeeland, Friesland, Drenthe en Gelderland was trouwens het percentage 55-plussers binnen de werkzame beroepsbevolking bovengemiddeld. In Zuid-Holland en Utrecht was het aandeel werkende 55-plussers ‘slechts’ een kwart.

Tot slot: in Belgisch Limburg heeft men eveneens te kampen met een sterke vergrijzing. De komende tien jaar gaan daar 100.000 Limburgers de arbeidsmarkt verlaten. Dat is 25 procent van de beroepsbevolking. En daar staan slechts 59.000 instromers tegenover.